Mels, Johannes Adrianus (Janus)

Geboren te Oisterwijk (Kerkeind) op 28 oktober 1872 als zoon van timmerman Michiel Mels (Oisterwijk 26 maart 1839-Tilburg 25 januari 1922) en Maria Scholtze (Udenhout 31 januari 1845-Oisterwijk 6 december 1932). Hij huwde op 15 januari 1896 te Boxtel met Adriana Bouwens (Oude Tonge 1 januari 1874-Tilburg 12 februari 1944), met wie hij vijf zonen en twee dochters kreeg. Mels was schoenmaker en vertrok in februari 1896 naar Boxtel, waar hij een schoenfabriek begon. In september 1904 vestigde hij de fabriek en zijn woning in het dorp (hoek Gemullehoekenweg-Peperstraat). Minstens vanaf 1908 produceerde hij ‘kamerschoenen’. In 1907 werd hij door de liberaal en zittend raadslid J.A. Rijpperda als katholiek kandidaat naar voren geschoven in een poging een zittend katholiek raadslid te wippen. Echter het resultat was dat zowel Rijpperda als Mels in een tweede ronde voor hun eigen plaats onderling moesten strijden, waarin Mels het aflegde tegen Rijpperda. Mels was minstens vanaf 1909 commissaris van muziekvereniging Asterius. In 1910 werd de stoomschoenfabriek van Mels overgenomen door Jan van Arendonk uit Tilburg. De katholieke vakbond verweet Mels en Van Arendonk een ‘liberaal-individualistische inborst’ te hebben, die negatief stond ten opzichte van vakbondsleden. De fabriek had een eigen ziekenfonds, echter met hoge premies voor de arbeiders. De productie bedroeg in 1910 4000 paar schoenen per week. Een poging van Mels om in 1910 in de gemeenteraad gekozen te worden mislukte wederom. In september 1911 waren er plannen voor een nieuwe machinekamer met een in Engelse stijl aangelegde tuin. In 1912 slaagde Mels er wel in gekozen te worden in de gemeenteraad, volgens de mondelinge overlevering zou Janus Mels tijdens de verkiezingen op zijn kosten in alle Oisterwijkse cafés een fust bier hebben laten tappen. Ter ere van zijn verkiezing bood Asterius hem die avond een concert aan. Maar de installatie als raadslid zou nooit plaatsvinden. Mels overleed namelijk op 27 mei 1912 te Amsterdam aan de gevolgen van een dramatisch ongeluk. Hij was tijdens de Pinksterdagen met een vijftal andere heren (drie Van Arendonks uit Tilburg en twee Amsterdammers, waaronder een Broekman, die een schoenfabriek in Tilburg had) en drie dames van de heren op zondagavond naar circus Carré aan de Binnen Amstel geweest, waar een gastoptreden van Sylvester Schaeffer jr. plaatsvond. Mels en de Van Arendonks waren primair vanwege een zakelijke transactie in Amsterdam. De heren hadden daarna nog tot 2.00 uur ’s nachts in café 'De Kroon' (Rembrandtplein) vertoefd en vervolgens ging het met een rijtuig richting hotel. Zij reden langs de O.Z. Voorburgwal waar ter hoogte van de Bloedstraat een botsing plaatsvond met een ander rijtuig, waarbij hun rijtuig in de gracht geraakte. Een Van Arendonk wist de ruiten van het rijtuig te verbrijzelen en probeerde samen met dreggende agenten de andere inzittenden boven water te halen. Uiteindelijk lukte dit, maar Mels had zoveel water en modder binnengekregen, dat hij in bewusteloze toestand met een rijwielbrancard naar het Binnengasthuis moest worden overgebracht, waar hij de volgende dag overleed. Hij werd begraven op het Petruskerkhof in Oisterwijk. De schoenfabriek van Janus Mels/Jan van Arendonk werd in 1913 verplaatst naar Tilburg. Zijn weduwe Adriana Bouwens bezat diverse panden in Oisterwijk.