De vergeten soldaat

Lezing bij de presentatie van vier documentaires over Oisterwijkse verzetsstrijders, Tiliander Oisterwijk 12 mei 2014

Hij is in de meidagen van 1940 33 jaar oud als hij als gemobiliseerd militair zijn vaderland moet verdedigen. Antonius Johannes van der Wensch, roepnaam Toon. Geboren in Herpt en de oudste zoon uit een arbeidersgezin. Een aantal jaren terug is hij gehuwd met Marie Jozen, dochter van een schoenmaker. Zij wonen in Waalwijk en hebben in mei 1940 drie* kleine kindjes van 5, 4 en 2 jaar oud. Toon zal toen hij werd opgeroepen als dienstplichtig soldaat zijn vrouw en kinderen ongetwijfeld gerust hebben gesteld. ‘Over een paar dagen ben ik weer thuis’, heeft hij wellicht gezegd. Immers Nederland had weinig ervaring met oorlogen en ten slotte was het land ook tijdens de oorlog van 1914-1918 de dans ontsprongen. Toon maakt deel uit van de MC-II-30 RI, de tweede mitrailleurcompagnie van het 30ste Regiment Infanterie en moet met zijn kompanen bij de Zuid-Willemsvaart tussen Helmond en Nederweert de aanstormende Duitse troepen zien tegen te houden.

In de middag van 11 mei 1940, één dag voor Pinksteren en één dag na de Duitse inval, slaat de mitrailleurcompagnie van het Regiment Infanterie, waarvan Toon van der Wensch deel uitmaakt, reeds op de vlucht voor de Duitsers. In de buurt van Moergestel proberen de militairen zich te hergroeperen. De vermoeide soldaten kijken in de buurt van café De Vier Winden aan de Oirschotseweg plotseling verschrikt op. Het gebrom van vliegtuigmotoren, inmiddels maar al te bekend, zwelt snel aan. Laag over de colonne scheren een paar Duitse toestellen die meteen het vuur openen. Een van de kogels raakt Van der Wensch. Vóór zijn kameraden bij hem zijn, zou hij al gestorven zijn, zo gaat het verhaal. Toch wordt merkwaardigerwijze zijn overlijdensakte niet in Moergestel maar in Oisterwijk opgemaakt. Hij wordt tijdelijk begraven in Oisterwijk, eerst op het kerkhof van de Hervormde gemeente, maar als blijkt dat hij katholiek is, brengt men hem snel over naar het rooms-katholieke kerkhof. Het zal tot eind mei duren voordat zijn vrouw het bericht van zijn overlijden ontvangt. Op woensdag 7 augustus 1940 volgt zijn uitvaart in Waalwijk. ’s Morgens vroeg wordt met een lijkauto het stoffelijk overschot in Oisterwijk opgehaald en naar zijn woning aan ’t Hoogeinde in Waalwijk vervoerd. Van daaruit vertrekt een grote stoet naar de kerk: gemeentebestuurders waaronder ook burgemeester Verwiel uit Oisterwijk, vakbondsleden van de RK Bouwvakkers, de harmonie Sint Jan, de voetbalclub Juliana. Toon van der Wensch was blijkbaar een echte verenigingsman geweest. Bij de kerk wordt de kist bedekt met de nationale driekleur. Na de plechtigheden begeeft de droeve stoet zich naar het kerkhof, waar de Waalwijkse burgemeester Moonen opmerkt dat een soldaat altijd moet gehoorzamen aan de hem gegeven bevelen en de burgervader spreekt de hoop uit dat de dood van Van der Wensch voor ‘ons geliefd vaderland niet vergeefs zal zijn geweest’. Een weduwe met drie kleine kindjes blijft eenzaam op de dodenakker achter.

De Waalwijkse burgemeester had beloofd dat er ‘te zijner tijd’ een monument voor de gevallen soldaten zou komen. Op 30 oktober 1950, 10 jaar na de belofte van burgemeester Moonen, is het dan eindelijk zo ver. Dan wordt een monument onthuld in de Burgemeester Moonenlaan in Waalwijk waarop ook Toon van der Wensch vermeld staat. Zo waar was de gemeente Oisterwijk de gemeente Waalwijk net voor gebleven met een plaquette in mei 1950 in de Mariakapel aan de Moergestelseweg, met daarop de namen van de in Oisterwijk en Moergestel gesneuvelde Nederlandse militairen. Echter Antonius Johannes van der Wensch staat daar niet bij, ook anno 2014 nog steeds niet. Om duistere redenen is hij ‘vergeten’, want een overlijdensakte van hem is wel degelijk aanwezig in het Oisterwijkse gemeentearchief. Ook zijn graf in Waalwijk bestaat niet meer. In de jaren zeventig of tachtig van de vorige eeuw werden zijn stoffelijke resten opnieuw herbegraven op het militaire ereveld Grebbeberg te Rhenen.

Een jongere broer van Toon van der Wensch was weer gehuwd met de zus van Toons weduwe. Zij woonden tijdens de oorlog in Oisterwijk. Een dochtertje van dat gezin, Nellie van der Wensch, zou op 28 februari 1945 op tragische wijze om het leven komen. De weduwe van Toon hertrouwde met de Oisterwijkse arbeider Kees van den Braak. In 1988 wordt ze voor de tweede maal weduwe. Ze overlijdt in 1994 te Oisterwijk. Twee van de drie kinderen van soldaat Toon van der Wensch leven nog altijd in Oisterwijk.

Van der Wensch is niet het enige oorlogsslachtoffer dat vergeten is. De in de vernietigingskampen vermoorde Joden stonden tot 1998 niet op de gemeentelijke herdenkingsplaquette bij het Bevrijdingsmonument. Verzetsman Jacques Kieft staat daar wel op, zij het als vermist, maar zijn naam en verzetsactiviteiten waren na 50 jaar blijkbaar zodanig vergeten dat hij aanvankelijk geen vermelding kreeg in de verzetsbuurt in Pannenschuur Buiten. Ook dat is hersteld en daarmee is recht gedaan. Hopelijk zal ook de naam van Antonius Johannes van der Wensch op de een of andere manier straks tussen zijn gevallen kameraden prijken in de Mariakapel.

* Tijdens de lezing wees een zoon van Van der Wensch mij erop dat het krantenbericht over drie kleine kinderen onjuist is, het waren er vier.