Aarts, Jacobus

Gedoopt te Eersel 6 december 1805 als zoon van landbouwer Henricus Aarts (Westerhoven 15 oktober 1766-Eersel 6 september 1834) en landbouwster Cornelia Maas (Riethoven 17 september 1782-Eersel 25 juli 1819). Hij was tussen 1844 en 1846 kapelaan te Oisterwijk, waar hij zijn aandeel had in de kwestie 'pastoorsmeid Dora Schijvens'. Was eerder kapelaan te Reusel (1836), Dinther (1837)-1843 en Rosmalen (1844). Na zijn periode in Oisterwijk werd hij pastoor te Maren (1846-1860). en vervolgens pastoor te Middelbeers (1861), waar hij op 6 juni 1873 stierf.