Boogaard, Marinus van den

Geboren te St. Michielsgestel op 8 november 1889 als zoon van klompenmaker en arbeider Cornelis van den Boogaard (Boxtel 15 februari 1860) en Maria de Hommel (Sint-Michielsgestel 27 juni 1864-Boxtel 10 september 1929). Hij huwde op 22 november 1912 te Boxtel met Maria Allegonda Smetsers (Best 24 augustus 1891-Tilburg 21 mei 1983) met wie hij vier dochters en drie zonen kreeg. Woonde in 1912-1917 in Boxtel (waar in 1915 een tweeling overleed), van 1919 tot 1923 in Hoensbroek en kwam op 14 juni 1926 vanuit Eindhoven naar Oisterwijk. Werkte op de lederfabriek. Penningmeester SDAP van 26 april 1929 tot maart 1930. Was in 1929 ook penningmeester Nederlandsche Vereeniging van Fabrieksarbeiders. Hij werd in het voorjaar van 1929 ontslagen op de lederfabriek vanwege 'invaliditeit', maar de socialistische pers was er van overtuigd dat het kwam omdat hij gefigureerd had in artikelen in die pers over slechte woningtoestanden in Oisterwijk en vanwege het organiseren van een socialistische vergadering in café De Gouden Leeuw in februari 1928. De zaalhouder trok zijn toestemming, onder druk van kapelaan Aelen en de RK vakorganisatie, echter op het allerlaatste moment in. Van den Bogaard vertrok op 17 maart 1930 met zijn gezin naar Tilburg, waar hij in periode 1939-1963 woonde Koestraat 110. Hij overleed te Tilburg op 18 april 1971.