Loon, Antonius Josephus Maria van (Ton)Geboren op 1 maart 1918 te Waalwijk als de zoon van lederfabrikant Norbert Gerardus Cornelius van Loon (Waalwijk 7 okotber 1889-14 februari 1971) en Catharina Cornelia Anna de Jong (Tilburg 10 oktober 1893-Waalwijk 12 oktober 1958), zij was afkomstig uit een gegoede Tilburgse middenstandsfamilie. Ton groeide met zijn tweelingbroer Piet en nog twee broers en een zus op in een behoudend katholiek milieu. In zijn jeugd kwam de persoonlijke ontplooiing niet uit de verf. Daar was geen tijd of plaats voor. Zo leed zijn broer Piet sinds zijn vijfde jaar aan kinderverlamming en het was Ton die hem hielp. Ton trok dagelijks met hem op, duwde zijn wagentje en werd zijn onafscheidelijke metgezel: 'Ik leefde en bestond in die jaren geheel voor hem'. (Piet van Loon werd na de oorlog directeur van Brabants Volksherstel, voorloper van het Provinciaal Opbouworgaan Noord-Brabant). Toch schonk de verzorging van zijn broer hem de nodige vreugde want op twaalfjarige leeftijd besloot hij zich voortaan te willen richten op het helpen van anderen. Een opleiding tot priester lag dan ook in het vooruitzicht. Hij doorliep het kleinseminarie te Sint-Michelsgestel en daarna vervolgde hij zijn priesterstudie - tijdelijk onderbroken door een zwakke gezondheid - aan het grootseminarie te Haaren. Voorspoedig verliep die periode beslist niet. Behalve zijn fysieke tegenslagen, die een gevolg waren van zijn aanleg voor tuberculose, stapelden ook de psychische problemen zich op. Desondanks verliet hij op 25 juli 1945 Haaren als gewijd priester. Maar een feest was dat voor hem nauwelijks: in oktober 1944 werden Ton en zijn broer Kees gearresteerd en naar de SD-gevangenis in Den Bosch gebracht. Ton werd er na enkele weken uitgepraat door iemand van het grootseminarie. Kees verdween naar Duitsland en stierf op 17 december 1944 in concentratiekamp Neuengamme. 'We hoorden het op de avond van 4 mei 1945 toen er al een feestgeur in de straten hing. Een paar weken later was mijn priesterwijding. Ik zat aan de feesttafel als een geslagene'. Ton van Loon werd kapelaan in Veghel (H. Lambertus 1945-1949), Goirle (H. Maria Boodschap 1949-1957) en Tilburg (H. Theresia 1957-1965). Op 15 augsutus 1965 werd hij benoemd tot kapelaan in de Joannespaochie te Oisterwijk, waar hij de opdracht kreeg een nieuwe parochie te stichten. In mei 1966 kwam de kleuterchool voor de nieuwe parochie al gereed: de Zwaluw, een gedeelte daarvan diende als noodkerk. De jaren daarna startte in overleg met de Hervormde Gemeente (dominee Van Duyl) een onderzoek naar de mogelijkheid van een gezamenlijk kerkgebouw, maar de onderhandelingen ketsten na drie jaar alsnog af. Van Loon had gekozen voor de naam Levenskerk (1 maart 1966) en die werd op 21 februari 1971 geopend. Zijn kerk moest geen machtsbolwerk worden, maar was bedoeld en gebouwd als een tent, opgeslagen tussen de mensen, flexibel, kleinschalig en laagdrempelig, ook voor andersdenkenden toegankelijk. Architect Van Meerendonk uit Bladel vond het ‘tentdak’ uit en de Oisterwijkse binnenhuisarchitecte Lidewij Willems zette de vlonders tegen de muren en daarop de stoelen in cirkels rondom het altaar. Dit werd de beste opstelling gevonden ‘om een stroom door te geven’. Van Loon was een vernieuwend pastoor, met zijn oproep tot zelfmeditatie en zelfbewustwording bevorderde hij een kerk waarin mensen een andere plaats innamen dan traditioneel gebruikelijk was. Van 1976 tot 1980 was hij tevens kapelaan in Moergestel. Rond 1975 omarmde Van Loon het zenboeddhisme. Hij was daarnaast oprichter van de badmintonclub Ragazzi te Tilburg. Toen de kerk in de jaren tachtig een meer conservatieve wending maakte, legde hij op 15 juni 1986 met pijn zijn pastoorsfunctie neer. Vanaf 1991 was hij als columnist verbonden aan het Kerkklokje, later Nieuwsklok. Zijn laatste column verscheen op 20 oktober 2011. Vanuit zijn intercultureel enthousiasme was Van Loon ook lange tijd verbonden aan het asielzoekerscentrum in Oisterwijk. Ton van Loon werd in 2009 Lid in de Orde van Oranje-Nassau. Hij overleed op 24 november 2011 in zijn woonplaats Oisterwijk. Op 30 november werd hij begraven op het Joanneskerkhof. Literatuur: Siebe Thissen, ‘”Flierefluiten dankzij de Christusgeest”. Het spiritualisme van Ton van Loon’, in Theo Cuijpers e.a. (red.), Naar verluidt. Kerk en pers in Oisterwijk (Oisterwijk 1992) 141-146. Interview met Ton van Loon over zijn oorlogsherinneringen op website Waalwijks archief. |