Marks, Alphonsus (Fons)Geboren te Stratum op 10 maart 1916 als zoon van slager en gemeenteraadslid Cornelis Wilhelmus Henricus Marks (Stratum 10 december 1885) en Maria Wilhelmina Sanders (Stratum 6 december 1889). Opa Alphonsius Antonius Marks had vanaf 1884 een bekende slagerij in de Nieuwstraat te Stratum, het werd in 1958 een van de eerste automatiekhallen met kroketten uit de muur in Nederland. Fons'overgrootvader de schoenmaker Cornelis Marks trok rond 1860 met zijn gezin (waaronder Fons' opa) vanuit Helvoirt naar Oisterwijk. Ook Fons' vader verbleef korte tijd in Oisterwijk. Van 16 juli 1898 tot 9 december 1899 woonde hij in bij zijn oom en schoenmaker Pieter Marks, mogelijk volgde hij in Oisterwijk een opleiding tot slager of studeerde hij er aan de Franse school. Vanaf 1914 was Fons' vader eigenaar van de slagerij in Stratum. Fons volgde het klein- en grootseminarie van Sint-Michielsgestel en Haaren. Hij werd priester gewijd op 7 juni 1941 en droeg in die maand zijn eerste mis op in de St. Catharinakerk te Eindhoven. Daarna studeerde hij wijsbegeerte met nevenrichting psychologie aan de Katholieke Universiteit van Nijmegen, maar de oorlogsomstandigheden maakten een eind aan de studie. In 1942 kapelaan in Tilburg (’t Heike). Hij zette in 1945 zijn filosofiestudie voort in Leuven. Daar studeerde hij af in 1948 en werd toen rector van het pensionaat van de Zusters van Liefde te Oerle. In september 1948 benoemd tot professor filosofie aan het grootseminarie te Haaren, tevens was hij in de periode 1956-1959 rector van het Karmelietessenklooster Huize Gerra te Haaren. In de jaren vijftig was hij ook medewerker op de afdeling psychiatrie van het St. Elisabethziekenhuis te Tilburg. Hij was verbonden aan het nationale Wit-Gele Kruis te Utrecht. Van 1969-1979 was hij medewerker aan het bejaardenprogramma van de KRO en gaf les op de sportacademie (wijsbegeerte) en bijscholing aan wijkverpleegsters. In het bisdom Den Bosch vervulde hij belangrijke functies, als voorzitter van de diocesane commissie voor huwelijksvoorlichting in de jaren zestig en als lid van de diocesane priesterraad (nog in 1992). Marks werd op 28 juni 1964 benoemd tot pastoor van de Joannesparochie te Oisterwijk als opvolger van Van der Weerden. Hij was pastoraal bewogen en diplomatiek. Hij werd bestuurslid van de Stichting Onderwijs Oisterwijk Oost en andere katholieke scholen alsmede adviseur van de Katholieke Bond van Ouderen. Reizen maken was zijn grote hobby. Marks ging in de zomer van 1986 met emeritaat en werd opgevolgd door pastoor J.J.C. Coenen. In 1990 ontving hij een koninklijke onderscheiding (Officier in de Orde van Oranje Nassau). In het najaar van 1990 verliet hij met zuster Maria de pastorie op De Lind en ging in de Peperstraat wonen. Hij overleed na een lang ziekbed in het ziekenhuis te Tilburg op 3 mei 1996. |