Stegge, Hendrikus Anthonius aan de (Henk)

Henk aan de Stegge

Geboren op 28 april 1931 te Enter als zoon van klompenmaker Gerhardus Johannus (Helmus) aan de Stegge (Enter 12 april 1892-3 april 1963) en landbouwersdochter Geertruida Exsterkate (Zeldam 25 januari 1892-Almelo 5 juli 1953). Hij huwde op 9 juli 1957 te Wierden met Gerharda Johanna Maria Kerkhof (Enter 21 oktober 1932) met wie hij drie dochters en drie zonen kreeg. Na de ambachtsschool werd hij timmerman. Hij volgde verschillende cursussen en werd architect in Velp. Met een aannemersdiploma op zak bouwde hij ook veel woningen en bungalows. Hij woonde en werkte in Delden (waar tussen 1958 en 1968 zijn kinderen geboren werden). Na het bouwbedrijf startte hij er de Meubelfabriek Uniek. Eind jaren zestig verhuisde hij naar Oisterwijk en begon de productie van dekenkisten. Daarna kreeg hij landelijke bekendheid met zijn eikenmeubelen (Meubelfabriek Oisterwijk). Heel Nederland kende de tv-reclame van de Meubelfabriek. Met ‘klop, klop’ werd de kwaliteit van de massieve, eiken meubels onderbouwd. Henk aan de Stegge had de onderneming eigenhandig opgebouwd door heel hard te werken: ‘Ik had een Belgisch meubeltje nagemaakt en dat verkocht ik huis-aan-huis per bakfiets. Dat ging goed en langzamerhand breidde ik het assortiment uit. Andere winkels wilden mijn meubels ook wel verkopen, wat mij in staat stelde me alleen op de productie toe te leggen’. Een direct marketeer avant la lettre. Hoewel Henk Aan de Stegge met beide benen op de grond stond, had hij een uitstekend gevoel voor public relations. Hij ontving zijn relaties niet in de fabriek, maar in het door hem gekochte hotel-restaurant De Zwaan, waar topkok Cas Spijkers sedert 1978 de scepter zwaaide en in 1984 de tweede Michelin-ster verwierf. Aan de Stegge behoedde het hotel-restaurant althans de voorgevel voor de sloop. Voor een slordige tien miljoen gulden liet hij het hotel verbouwen. Dat ging in on-Nederlands grootse stijl. Kroonluchters, antieke fauteuils, marmeren wastafels met gouden kranen; negen vrachtwagens met marmer uit het Italiaanse Carrara arriveerden in Oisterwijk; kristal en leer, houten betimmering volgens de Mechelse school en een Franse tuin, zelfs de stortbak van het toilet was van glimmend goud, alleen het duurste was goed genoeg. Het restaurant kreeg een chiquere spelling van de naam: De Swaen. Kortstondig was ook een showroom met klokken aan de Meubelfabriek verbonden (Brabant Klok BV). In een loods van de fabriek had Aan de Stegge zijn hobby tentoongesteld: een ontelbare rij antieke auto’s. Met zijn antieke P.I. Springfield uit 1928 behaalde hij in 1984 de eerste prijs op het Concours d’Elégance in De Bilt (zie foto boven). Hij verzamelde eveneens tanks, jeeps en geschut uit de Tweede Wereldoorlog. Ook op het hoogtepunt van zijn succes bleef Aan de Stegge een nuchtere Tukker, die ook in Brabant het Twents dialect bleef spreken. Op 28 juli 1989 ging Meubelfabriek Oisterwijk failliet. Wijdverbreid was het gerucht dat de eikenhouten meubels met beton gevuld waren. Aan de Stegge stelde om ‘gezondheidsredenen’ zijn aandelen in het bedrijf te hebben verkocht. In het begin van de jaren tachtig had hij twee hartoperaties ondergaan. De Meubelfabriek paste niet meer bij de nieuwe tijd: Ikea, dat in 1978 zijn eerste vestiging opende, veroverde de markt met zijn lichte meubels. Nederland raakte uitgekeken op zwaar en donker eikenhout. De Meubelfabriek Oisterwijk kwam in september 1989 in handen van de Rotterdamse beleggingsmaatschappij Fortress en maakte een doorstart. J. Kerkhof werd de nieuwe directeur en ook de tweede vestiging in Zuidlaren bleef daarmee open. Van de 85 werknemers behielden er 35 hun baan. Een Japanse zakenman Ki Taek Kang nam het onroerend goed van de fabriek over. Hij wilde de Japanse markt van Europese eikenhouten meubelen voorzien. In 2005 werd de Meubelfabriek overgenomen door de drie gebroeders Hens. Deze tweede doorstart eindigde in 2011 met een faillissement. Henk aan de Stegge werd onderscheiden met de Ridderorde van het H. Graf van Jeruzalem. Hij overleed op 26 februari 2002 te Den Bosch en werd op 4 maart 2002 begraven te Oisterwijk.